Categorie: "Prehistorische dieren"

Vermoedelijk zwaarste gifslang aller tijden leefde in Griekenland

DSC_1184_01Wetenschappers hebben in Griekenland een fossiel opgegraven van de vermoedelijk grootste gifslang die ooit heeft geleefd. Het gaat om een tot nu toe onbekende slangensoort die een geschat gewicht kon bereiken van maarliefst 26 kilo. Het dier, dat Laophis crotaloide is gedoopt, leefde in tegenstelling tot de reuzen onder de moderne slangen niet in de hete en vochtige tropen, maar in relatief koele graslanden. De wetenschappers identificeerden de soort op basis van de wervelkolom van een slang die werd opgegraven nabij de Griekse stad Thessaloniki.

Prehistorische krokodil had gekartelde tanden

NilecrocupcloseDe prehistorische reuzenkrokodil Machimosaurus hugii had gekartelde tanden, zo blijkt uit nieuw wetenschappelijk onderzoek. Het gebit van de krokodil bevatte gekartelde structuren aan de zijkanten. De kartels liepen door tot boven de tanden en kiezen, zodat het dier in staat was om harde structuren, zoals het schild van schildpadden, kapot te kauwen. Dat melden onderzoekers van de Universiteit van Edinburgh in het wetenschappelijk tijdschrift Royal Society Open Science. Machimosaurus hugii was een zeer imposante, circa negen meter lange krokodil die de wereldzeeën domineerde in het late Jura, een geologische periode die 145 miljoen jaar geleden ten einde kwam en werd gekenmerkt door de heerschappij van de reuzenreptielen.

Grote oerkangoeroe sprong niet

KangoeroeEen enorme kangoeroesoort die vroeger Australië bevolkte blijkt niet te hebben gesprongen, maar liep waarschijnlijk, net als een mens, op twee benen. Dat blijkt uit nieuw onderzoek naar de botten van het dier. Er waren zo’n dertig soorten in de Sthenurinae-familie. De grootste exemplaren waren langer dan twee meter en wogen zo’n 250 kilo.

Dino met enorm lange neus geclassificeerd

Paleontologen in de Verenigde Staten ontdekten in de jaren negentig van de vorige eeuw de ongeveer 75 miljoen jaar oude fossiele resten van een dinosaurus met een enorme neus; de Rhinorex condrupus. De botten zijn inmiddels grondig onderzocht, waardoor deze maand in het Journal of Systematic Paleontology voor het eerst een gedetailleerd beeld van de opmerkelijke soort geschetst kon worden. De Rhinorex, grofweg te vertalen als ‘neuskoning’, was een planteneter en leefde in het herfsttij van het Krijt, het laatste tijdvak van de dinosauriërs. Hij was zo’n negen meter lang en woog naar schatting bijna vier ton. Het dier behoort tot de hadrosauriërs, een groep plantenetende dinosauriërs met een snavelachtige bek. In tegenstelling tot veel andere hadrosauriërs had de Rhinorex condrupus geen beenachtige kam op zijn kop, maar een enorme neus.

Zoogdieren ontstonden eerder dan gedacht

vijfstrepigeeekhhornuitsnedeZoogdieren ontstonden eerder dan lange tijd werd gedacht. Dat blijkt uit de ontdekking van enkele fossielen van primitieve eekhoorns in China. Het gaat om de versteende resten van drie harige dieren die beschikten over een lange staart en krachtige poten waarmee ze gemakkelijk in bomen konden klimmen. De voorouders van deze primitieve eekhoornachtigen ontstonden vermoedelijk al zo’n 208 miljoen jaar geleden.

Spinosaurus jaagde vooral in het water

Illustratie: Bogdanov, Wikimedia Commons

Spinosaurus1DBaVeel paleontologen vermoedden het al, maar nu zijn er ook serieuze wetenschappelijke bewijzen voor de theorie dat de gigantische Spinosaurus zijn voedsel vooral in het water zocht. De dino verving jaren geleden de Tyrannosaurus rex als de grootste vleesetende dinosoort die ooit heeft geleefd en wedijvert nu om die titel met de in Zuid-Amerika gevonden Giganotosaurus. Spinosaurus is vooral bekend door het grote en in het oog springende rugzeil en speelt een prominente rol in de kaskraker Jurassic Park III (2001). Diverse lichaamskenmerken van Spinosaurus suggereren dat het dier uitstekend was aangepast aan een grotendeels aquatisch bestaan. Zo beschikte de dinosaurus over platte voeten die geschikt waren voor voortbeweging in het water. Ook de tanden en bek lijken eerder geschiktvoor het vangen van grote vissen dan voor het doden van flinke landdieren.

Argentijnse dino is mogelijk grootste ooit

Amerikaanse wetenschappers hebben in Argentinië de resten van een enorme dinosaurus ontdekt. Het dier moet zwaarder zijn geweest dan een Boeing 737, twaalf Aziatische olifanten of zeven tyrannosauriërs. Het is daarmee het grootste landdier waarvan ooit het gewicht nauwkeurig is bepaald. Het dier was 26 meter lang, 60 ton zwaar en waarschijnlijk nog niet eens helemaal volgroeid. Er werd een dijbot gevonden ter grootte van een man en een rugwervel van een meter breed.

Honderden prehistorische zoogdierresten ontdekt in Amerikaanse grot

MammoetskeletWetenschappers hebben in een grot in het noorden van de Verenigde Staten de resten van honderden grote prehistorische zoogdieren aangetroffen. Onder de fossielen bevinden zich vermoedelijk botten van twee illustere prehistorische katachtigen, de Amerikaanse holenleeuw (Panthera atrox) en de Amerikaanse cheeta (Miracinonyx trumani). Volgens de Australische hoogleraar Alan Cooper is de grot aan de voet van de Bighorn Mountains (Wyoming)  een van de rijkste vindplaatsen van prehistorische zoogdieren op Amerikaans grondgebied.

Neanderthalers jaagden op duiven

TurksetortelsHet is al langer bekend dat neanderthalers rasechte omnivoren waren die zich gretig aan zowel groenten en fruit als vlees laafden. Het algemene beeld is dat de oermensen vooral jaagden op grotere zoogdieren, maar op basis van 1724 botten die zijn gevonden bij Gorham’s Cave (Rots van Gibraltar) concluderen wetenschappers dat ze ook graag duiven buitmaakten. Op de resten van de vogels zijn snijsporen en de afdrukken van van mensentanden aangetroffen.

Vogels ontstaan uit krimpende dino’s

BandstaartbananeneterDinosauriërs evolueerden gaandeweg tot vogels door lange tijd te ‘krimpen’, zo blijkt uit nieuw wetenschappelijk onderzoek. In ongeveer vijftig miljoen jaar tijd werden grote, vleesetende dinosauriërs maar liefst twaalf keer kleiner. Ook het gemiddelde lichaamsgewicht van de voorhistorische reptielen nam hoogstwaarschijnlijk spectaculair af van 163 kilo naar minder dan een kilo.