Wolharige neushoorn evolueerde in Tibet

Illustratie: Charles R. Knight
Naast de mammoet is ook de wolharige neushoorn een bekend ijstijddier dat nog voortleeft in de wetenschappelijke literatuur en de menselijke verbeelding. Het dier bewoonde ook ooit Nederland, wat blijkt uit de talloze fossielen die vooral in de Noordzee met enige regelmaat worden opgebaggerd. Maar de evolutionaire oorsprong van deze dikbehaarde verwant van de moderne neushoorns lag aan de andere kant van de wereld. Nieuw fossielenonderzoek van Chinese wetenschappers wijst namelijk uit dat de neushoornsoort in de Tibetaanse hooglanden de kenmerken ontwikkelde die het dier later in staat stelden om te overleven op de ijzige vlakten van Siberië en West-Europa. Het Chinese onderzoek wijst uit dat de wolharige neushoorn uitstekend aangepast was aan het leven op grote hoogte en probleemloos de meest barre winteromstandigheden kon weerstaan. Zo beschikte hij naast een dikke vacht over een grote afgeplatte hoorn, een handig stukje gereedschap waarmee het dier gemakkelijk sneeuwlagen opzij kon schuiven om bij de onderliggende vegetatie te komen. Toen de ijstijden hun intrede deden, koloniseerde de wolharige neushoorn ook de vlakkere laaglanden. Toen de ijstijden verleden tijd waren, stierf de wolharige neushoorn in een relatief rap tempo (als je de geologische tijdschaal als referentiepunt neemt) uit. Het valt niet uit te sluiten dat overbejaging door de mens significant heeft bijgedragen aan de ondergang van de wolharige neushoorn.

Lees ook:Coelodonta antiquitatis, de behaarde ijstijdneushoorn
Lees ook:Oog in oog met ijstijdreuzen
Lees ook:Westelijke zwarte neushoorn officieel uitgestorven
Lees ook:Legboor van sluipwesp voorbeeld voor nieuwe medische naald
Lees ook:Neushoorn gruwelijk verminkt door stropers

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.