Foto: U.S. National Science Foundation, Wikimedia Commons
Je zou het misschien niet direct verwachten op basis van hun huidige leefwijze en leefgebied, maar keizerspinguïns (Aptenodytes forsteri) op Antarctica hebben soms zwaar te lijden gehad onder de koude omstandigheden in de afgelopen 30.000 jaar. Door genetisch materiaal uit het verleden te vergelijken met de genetische vingerafdruk van hedendaagse vogels, hebben wetenschappers kunnen achterhalen dat er tijdens de laatste ijstijd slechts zo’n 85.000 keizerspinguïns op de Zuidpool leefden. Tegenwoordig zijn dat er circa 600.000. De pinguïns waren waarschijnlijk in drie ‘vluchtelingenpopulaties’ verdeeld, waarvan een zich schuil hield in de Rosszee, een diepe baai in de Zuidelijke Oceaan bij Antarctica. Hoewel keizerspinguïns broeden op het ijs, jagen ze als rasechte viseters in zee. Omdat de ijslaag op Antarctica tijdens de laatste ijstijd veel dikker was dan nu, hadden de vogels destijds veel moeite om open water te vinden, een ontwikkeling die haar uitwerking had op de aantallen. Hoewel het huidige klimaat gunstig is voor het evenwicht tussen de beschikking over voedsel en over vast broedijs, bleek afgelopen zomer dat die balans fragiel is en dat een verdere opwarming van de aarde juist ook weer erg ongunstig zal uitpakken voor de keizerspinguïns.
Lees ook:Keizerspinguïns wisselen geregeld van broedplek
Lees ook:Meer keizerspinguïns in Antarctica
Lees ook:Keizerspinguïns in grote problemen door klimaatverandering
Lees ook:Onbekend leven ontdekt onder Antarctisch ijs
Lees ook:Keizerspinguïns kunnen hartslag flink terugschroeven