Schokkende beelden
De Vlaamse minister van Dierenwelzijn Ben Weyts heeft de inspectie dierenwelzijn laten binnenvallen bij een varkensslachthuis in Tielt. Videobeelden die met een verborgen camera door activisten van dierenwelzijnsorganisatie Animal Rights werden gemaakt, toonden dat in het horrorabattoir stelselmatig dieren worden mishandeld. Op de schokkende beelden is onder meer te zien hoe varkens bij aankomst in het slachthuis geschopt en geslagen worden door transporteurs en medewerkers. Kreupele varkens worden hardhandig aan de oren voortgetrokken, terwijl dieren die niet meer in staat zijn om te lopen met kettingen rond de poten uit de vrachtwagen worden gesleept. Varkens die tijdens het transport overlijden worden bovendien veelvuldig verkocht als geslachte waar in plaats van vernietigd. In het exportslachthuis in Tielt worden 1,4 miljoen varkens per jaar geslacht, ofwel zo’n 25.000 à 35.000 dieren (!) per week.
‘Passende maatregelen’
Het slachthuis is onderdeel van de Debra-Group, een van de grootste slacht- en productiebedrijven van varkensvlees in België. Debra levert ook vlees aan zestig Nederlandse slagerijen. Thomas De Roover De Brauwer, directeur van Debra, zegt ‘zeer geschokt’ te zijn door de beelden. “We kunnen de misstanden niet ontkennen. We zijn een intern onderzoek gestart om te kijken hoe we dit in de toekomst kunnen voorkomen.” Tegen de medewerkers die zich op de beelden bezondigen aan de wreedheden worden ‘passende maatregelen’ genomen.
Geïndustrialiseerde wreedheid
Toch is dit uiteindelijk slechts symptoombestrijding. De talloze misstanden in slachthuizen overal ter wereld zijn namelijk een uitvloeisel van onze diepgewortelde houding tegenover consumptiedieren. De dieren worden niet langer gezien als wezens met gevoel waarmee zorgvuldig moet worden omgesprongen, maar veeleer als wegwerproducten die deel uitmaken van een slacht- en verwerkingsproces dat gericht is op efficiëntie, massamoord en menselijke genots- en behoeftebevrediging op industriële schaal. Zanger Robert Long kreeg begin deze eeuw een stortlading kritiek over zich heen toen hij de bio-industrie vergeleek met de concentratiekampen van nazi-Duitsland. Toch is die vergelijking niet eens zo ver gezocht en wordt ze zelfs onderschreven door bepaalde Holocaust-overlevers zoals Marion Bienes. Hoewel het beoogde doel duidelijk verschilt, steunen beide fenomenen grotendeels op dezelfde drie modernistische mechanismen: het concept van de moderne natiestaat, de moderne technologie/maatschappelijke organisatie en de moderne, neutraal-onverschillige staat die vooral steunt op bureaucratische en technocratische pijlers. Het moderne idee van de maakbare samenleving, van een samenleving die volledig voorziet in de grenzeloze en grotendeels onstilbare behoeftes van de mensen, maakte het idee van een bio-industrie denkbaar en zelfs maatschappelijk wenselijk. De moderne technologie baande vervolgens het pad naar de daadwerkelijke, fysieke creatie van de bio-industrie. Door tot slot de bio-industrie en de ellende daarvan aan het oog te onttrekken, werd een sociaal klimaat van verregaande onverschilligheid gegarandeerd. Voeg daar nog de overeenkomsten tussen het ‘dehumaniseren’ van Joden als minderwaardige, amper het predicaat menswaardig verdienende Untermenschen en het afschilderen van landbouwdieren als willoze en vooral rechteloze werktuigen van het menselijk genot aan toe, en je komt tot de conclusie dat Long er ruim vijftien jaar geleden geen absolute onzin verkondigde met zijn omstreden analyse. Zeker ook als je kijkt naar de overeenkomsten tussen de manier waarop de Duitse kampbeulen en de Belgische varkensmartelaars (en hun evenknieën in talloze andere landen) omgaan met de weerloze subjecten die aan hun perverse wandriften zijn overgeleverd…
Lees ook:Horrorslachthuis Tielt mag uitbreiden
Lees ook:Vlaamse overheid sluit omstreden slachthuis
Lees ook:Vlaanderen gaat toestand slachthuizen verbeteren na mishandelingen in Tielt
Lees ook:Varkens dood door brand in vrachtauto
Lees ook:Nederlandse dierenwelzijnswetten vaak met voeten getreden