Net als veel dieren en planten zijn ook de meeste reptielen inmiddels wakker en volop actief. Na de addermannen zijn inmiddels ook de meeste vrouwen uit hun winterverblijven gekomen. Je merkt ook dat de mannen niet allemaal meer op hun vaste zonplekken uit het vroege voorjaar liggen, maar inmiddels toch al zijn gaan zwerven op zoek naar een geschikte partner. Ook bij de zandhagedissen begint het op het amoureuze vlak aardig te kriebelen getuige de verschillende groene mannetjes die ik de afgelopen week heb gespot. Een exemplaar was zelfs behoorlijk fotogeniek en liet zich van redelijk dichtbij heel aardig op de gevoelige plaat vastleggen. De niet overdreven hoge temperatuur (circa elf graden) zal zeker een rol hebben gespeeld bij de relatief dociele houding van dit groene minidraakje. Ook de hazelwormen zijn al aanwezig in het veld, al moet je doorgaans wel wat geluk hebben om een van deze pootloze hagedissen aan te treffen. Dankzij het platenonderzoek in Nationaal Park De Meinweg kom ik deze opmerkelijke reptielen gelukkig wel wat vaker tegen dan de gemiddelde wandelaar of dierenspotter. Hoewel veel mensen hazelwormen aanzien voor slangen, verraden de oogleden (slangen hebben die niet en kunnen dus niet knipperen), de afbreekbare staart en de vorm van de schubben dat we het feitelijk van doen hebben met een hagedis.
Lees ook:Hazelwormen ook weer actief
Lees ook:De tijd van de jonge reptielen
Lees ook:Reptielenseizoen bijna afgelopen
Lees ook:Hazelwormenliefde
Lees ook:De laatste goede reptielenmaand