Walvistoerisme kan miljarden in het laatje brengen

grijzewalvisBanen en economische groei
Walvissen zijn levend meer waard dan dood. Het toerisme dat gepaard gaat met het bekijken van walvissen was vorig jaar goed voor een aansprekende omzet van ruim twee miljard dollar (1,7 miljard euro), zo blijkt uit nieuw onderzoek dat is gepubliceerd in het Britse vaktijdschrift Marine Policy. Zo’n dertien miljoen ecotoeristen hebben het afgelopen jaar betaald voor het zien van een walvis in zijn natuurlijke omgeving. Daarmee voorziet het walvistoerisme wereldwijd dertienduizend mensen van werk. De afgelopen decennia is het walvistoerisme gestaag toegenomen. Als de bestaande trend in hetzelfde tempo doorzet, dan levert dat de wereldeconomie jaarlijks meer dan vierhonderd miljoen dollar (324 miljoen euro) op. Bovendien komen er elk jaar 5700 extra banen bij, een ontwikkeling waarvan vooral ontwikkelingslanden profiteren. De publicatie van de onderzoeksresultaten valt samen met de walvistop in het Marokkaanse Agadir. Deze week praten daar 88 landen onder de vlag van de Internationale Walvisvaart Commissie (IWC) over maatregelen om de walvis beter te beschermen. Er is onder meer afgesproken om de komende vijf jaar de economische voordelen en de ecologische risico’s van whale watching te verkennen. Een poging om een compromis te bereiken tussen landen die walvisjacht toestaan, zoals Japan, en landen die tegen de jacht zijn, waaronder Nederland, mislukte. Het voorstel van de Internationale Walvisvaart Commissie (IWC) moest het jarenlange gesteggel over de walvisjacht doorbreken. Het compromis zou de commerciële jacht op walvissen voor tien jaar weer toestaan, zij het beperkt. Geleidelijk zou het aantal walvissen dat zou mogen worden gedood, worden verminderd. Voorstanders stelden dat dit voorstel zou leiden tot aanzienlijk minder walvisvangst, maar tegenstanders eisten dat wordt vastgehouden aan het verbod op de jacht, dat al sinds 1986 geldt. Het verbod werd destijds uitgevaardigd om de gedecimeerde walvispopulaties de kans te geven te herstellen. Japan, IJsland en Noorwegen zijn lid van de IWC, maar schenden het verbod. Japan doet dat onder het mom van wetenschappelijk onderzoek, IJsland en Noorwegen jagen commercieel.

Model
Afgezien van ethische en ecologische factoren, laat het onderzoek naar ecotoerisme zien dat levende walvissen economisch meer waard zijn dan dode. Ook op het land is ecotoerisme in veel regio’s een stabiliserende factor. Met name in zuidelijk Afrika is dit duidelijk zichtbaar. Dat Botswana bijvoorbeeld tot de rijkste en stabielste landen van het continent behoort, is mede te danken aan het ecotoerisme. Door de prijzen relatief hoog te houden, slaat het land twee vliegen in een klap: ecologisch ontwrichtende vormen van massatoerisme worden buiten de deur gehouden, terwijl er per toerist meer geld gegenereerd wordt door het exclusieve karakter van een safari in de Botswaanse wildernis. Een dergelijk model zou ook de laatste steunpilaren onder de verdediging van de walvisjacht weg kunnen slaan.

Lees ook:Omstreden walvisjacht weer begonnen
Lees ook:Europarlement gaat zich uitspreken over Japanse walvisjacht
Lees ook:Walvisvaartcompromis stuit op veel weerstand
Lees ook:Japan gaat walvisvaart hervatten
Lees ook:IJsland stopt voorlopig met walvisjacht

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.